Maritieme Monitor 2024
Maritieme sector in harde cijfers
Vorige week is de Maritieme Monitor 2024 gelanceerd. De Maritieme Monitor wordt jaarlijks gepubliceerd in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (
Het rapport schetst een beeld van de verschillende trends die spelen binnen de maritieme sector, door middel van harde cijfers. Belangrijk om mee te delen is dat de monitor in algemene zin de cijfers van 2023 betreft.
In de nieuwste editie van de Maritieme Monitor wordt aan de hand van de drie hoofdthema’s “Mens”, “Economie” en “Duurzaamheid” wordt geduid hoe de Nederlandse maritieme sector er voor staat:
De KVNR is als zeevaartvertegenwoordiger en NML-lid nauw betrokken bij het rapport en wij hebben per hoofdthema één van de inhouse experts gevraagd hun bevindingen te delen op het onderwerp zeevaart.
Mens - Noa Vork
Het hoofdthema “Mens” betreft een uitgebreid overzicht van het huidige personeelsbestand in het maritieme cluster, waaronder de zeevaart. Dit deelgebied geeft informatie over de werkzame personen binnen het gehele maritieme cluster en de relevante trends van die arbeidsmarkt.
Kijkend naar de cijfers vallen verschillende punten op. Allereerst is dat het aantal werkzame personen in de zeevaart relatief stabiel blijft, dit lijkt in eerste instantie een positieve ontwikkeling maar met de groeiende vraag naar personeel zou hier idealiter een stijging in te zien zijn. We moeten ook niet vergeten dat het hier gaat om alle zeevarenden én walfuncties, maar alleen van de personen die op de loonlijst staan van de Nederlandse bedrijven. Door de sterk geïnternationaliseerde arbeidsmarkt worden circa 20.000 zeevarenden niet weergegeven.
Daarnaast valt op dat het percentage vrouwen binnen het maritieme cluster maar niet door de grens van 20% lijkt te breken. Ook het aantal inschrijvingen voor maritieme opleiding neemt de afgelopen jaren gestaag af. Wetende dat dit laatste in 2024 wederom is gedaald, laat zien dat we als sector onze horizon moeten verbreden en actief moeten samenwerken aan een inclusievere en aantrekkelijkere werkomgeving. Er ligt onbenut potentieel bij doelgroepen die we momenteel nog onvoldoende weten te bereiken.
Ook binnen ons eigen KVNR-project "GaTochVaren!" zien we deze uitdagingen terug. Van de in het zeevarende beroep geïnteresseerde jongeren die zich enthousiast aanmelden, is maar liefst 88,6% man.
Economie - Renze Boersema
Op het eerste gezicht lijkt het jaar 2023 een economisch slecht jaar voor de zeevaart, maar dit is alleen het geval als 2023 alleen wordt vergeleken met het jaar 2022.
Het jaar 2022 was voor het gehele cluster namelijk een economisch piekjaar. Zo behaalden de bedrijven in het cluster een gezamenlijke omzet van 98,6 miljard euro, dat was toen ongeveer 4,1% van het bruto binnenlands product.
Het is belangrijk om te benadrukken dat de coronapandemie en de oorlog in Oekraïne invloed hebben gehad op de prijzen van grondstoffen, energie en brandstoffen. Tezamen heeft dit een grote impact gehad op de omzet en prijsvorming binnen het gehele cluster. Dit alles heeft eraan bijgedragen dat 2022 voor de sector op economisch gebied in algemene zin een bovengemiddeld “goed” jaar was.
In 2023 is deze onzekerheid enigszins genormaliseerd en dat uit zich in een afname van de totale omzet tot 92,7 miljard euro, wat nog altijd 3,5% van het bruto binnenlands product behelst.
Inzoomend op de zeevaart zien we dat de zeevaart zelf ook een correctie laat zien ten opzichte van 2022 door onder andere gestegen loonkosten als compensatie voor de inflatie. Toch blijft 2023 ten opzichte van het langjarige gemiddelde (2011-2023) een zeer goed jaar wanneer we kijken naar, bijvoorbeeld, de directe toegevoegde waarde van de zeevaart.
De zeevaart blijft in 2023 een belangrijke pijler van onze economie. De verbeterde financiële performance van de sector is ook nodig om de verdere verduurzaming en verjonging van de vloot verder vorm te kunnen geven in de komende jaren.
Duurzaamheid - Nick Lurkin
De zeevaartsector maakt gestaag een transitie door naar duurzamere technologieën en brandstoffen. In 2023 daalde de CO2-uitstoot van de zeevaartsector op Nederlands grondgebied naar 5 miljoen ton CO2, mede door strengere emissienormen. Deze uitstoot betreft de berekende uitstoot van alle zeeschepen die in 2023 in het Nederlandse deel van het continentaal plat zijn geweest.
Voor de uitstoot van schepen boven 5.000 GT die onder Nederlandse vlag varen, kijkt de KVNR in de eerste plaats naar de uitstoot die wordt gerapporteerd op Europees niveau:
Ook over de ontwikkeling van alternatieve brandstoffen valt het een en ander te zeggen. Wereldwijd stijgt namelijk het aandeel schepen dat op alternatieve brandstoffen kan varen. In 2023 kon 7,4% van de operationele vloot op duurzame brandstoffen functioneren, terwijl bijna 50% van de nieuwe schepen hiervoor is uitgerust. LNG blijft van groot belang, maar methanol, LPG en ammoniak winnen terrein, vooral in de containervaart.
Ook neemt het gebruik van windondersteuning (WASP) toe, met tientallen Nederlandse schepen die hiermee hun brandstofverbruik verlagen. Ook batterijsystemen zijn in opkomst, al gaat het hier om voornamelijk hybride systemen. Feit is dat er in volume nog veel te weinig alternatieve brandstoffen zijn in vergelijking met fossiele brandstoffen, zoals de bunkergegevens van het Havenbedrijf Rotterdam laten zien:
Daarnaast is het goed om te lezen dat het rapport aandacht geeft aan vooruitstrevende bedrijven zoals Visser Shipping en Boomsma Shipping. Het investeren in emissie reducerende technologieën, zoals scrubbers en carbon capture-systemen wordt specifiek benoemd.